Het Canadese leger wordt eindelijk ingezet

Na een moeilijke start met te weinig uitrusting worden de Canadese troepen goed getraind en van voldoende middelen voorzien om te worden ingezet aan het front. De Britse legers trekken naar Noord-Afrika om daar de Duitse troepen een halt toe te roepen. Maar de Canadezen worden niet ingezet. Voor hen duurt de ‘Phoney war’, een oorlog waar eigenlijk niets anders gebeurt dan wachten, erg lang. De moraal wordt door oefeningen en verdere training zo goed mogelijk hoog gehouden.

Aan het begin van 1943 is de eerste Canadese divisie al drie jaar overzee gelegerd en voor andere legeronderdelen is dat nauwelijks korter. Engelsen schamperen dat ze een tweederangs leger zijn en dat begint steeds meer pijn te doen. De Canadezen zijn ver van eigen haard en daar zijn ze niet heen gegaan om vakantie te vieren. In het voorjaar begint de Canadese regering dan ook steeds meer druk op de Engelsen te leggen om een gedeelte van de Canadese troepen in te zetten. Wanneer ze horen van de plannen om het Europese vaste land aan te vallen, dringen ze erop aan dat naast Amerikaanse en Engelse troepen, ook Canadese troepen worden ingezet. Dit leidt tot het aanpassen van de gemaakte plannen en de Canadezen worden ook ingezet. De ingezette troepen begonnen aan een lange mars die voor een belangrijk aantal van hen uiteindelijk op de Veluwe en in West Nederland eindigde.

 

Met een grote vloot worden de Canadezen vanaf Engeland verscheept en over de Middellandse Zee naar de landingsplekken vervoerd. Om het uitlekken van de plannen van operatie Husky te voorkomen horen de troepen slechts kort van tevoren waar ze zullen landen en wat hun doelen zijn. Het blijkt het zuidoosten van Sicilië te zijn.

Op 10 juli 1943 landen de geallieerden op de hun toegewezen stranden. De tegenstand is daar aanvankelijk klein, de tien Italiaanse divisies zijn slecht voorbereid. De vier aanwezige Duitse divisies, die strategisch op het midden van het eiland zijn gelegerd, moeten de geallieerde overmacht zien tegen te houden. Al voor de landing hebben de Duitse generaals hun beklag gedaan over de in hun ogen incapabele Italianen en aangedrongen op versterkingen. Maar door de misleiding van de geallieerden verwachtten de Duitsers landingen op een groot aantal plaatsen en ook die andere mogelijke landingsplaatsen moesten dus worden verdedigd. Met de beperkte middelen verdedigden de Duitsers het eiland moedig. De Engelsen namen de kustroute van het zuiden naar Messina, maar slaagden er niet in om een doorbraak te forceren. De Canadezen trokken door het binnenland en de Amerikanen bevrijden het grootste deel van het eiland voordat het noordoostelijke deel uiteindelijk kon worden verslagen.

Daarna moest de straat van Messina worden overgestoken om landingen op het Italiaanse vaste land uit te voeren. Op 3 september voerden de Britten de eerste landing in de teen van de laars uit (operatie Baytown). Zes dagen later landden de Amerikanen in de baai van Salerno (operatie Avalanche) en meer Britse troepen bij Tarento (Operatie Slapstick). Tussentijds had de Italiaanse regering zich aan de geallieerden overgegeven, doch de Duitsers waren hierop voorbereid en vielen Italië met dertig divisies binnen om het alsnog te verdedigen. Aanvankelijk gaat de opmars redelijk snel. Op 1 oktober 1943 wordt Napels ingenomen, maar tijdens de winter komt het front vrijwel tot stilstand. Pas acht maanden later nemen de geallieerden op 4 juni 1944 van het volgende jaar het ongeveer 250 kilometer verder gelegen Rome in. Een lange en bloedige strijd ontstond tegen de Duitsers op het honderdvijftig kilometer smalle en bergachtige Italiaanse schiereiland. Wanneer de Duitsers aan de ene linie worden verslagen trekken ze zich terug op de volgende die opnieuw zwaar wordt verdedigd. Door het moeilijke terrein zijn de verdedigers aanzienlijk in het voordeel.

De Canadezen waren vooral actief in het binnenland en aan de Adriatische kust. Ze hadden daar een belangrijke rol bij de opmars, die de Duitsers belette om troepen over te plaatsen naar het front in het westen (Normandië) of het oosten (Russen). Voor een belangrijk deel van de Canadese troepen is de opmars in Italië in januari 1945 afgelopen. Ze worden naar Nederland overgebracht, waar in het voorjaar hun inzet wordt gevraagd.

 
_BT Clear