CO2 besparen in de overdrive
Als we het komend uur die reclamezuil aan de weg uitzetten, wat besparen we dan?”
De knop ging in één keer om. Het gebeurde tijdens een cursus, toen Ad Boerefijn de Milieubarometer ontdekte, een instrument om de milieuprestatie en CO2 footprint van bedrijven te meten. In no time zag hij dat het zou lonen om te investeren in groen. En niet zo’n beetje ook. “Alles wat we nu beet pakken houden we tegen het licht van duurzaamheid en CO2-uitstoot.”
Projectmanager Ad Boerefijn en Manager Inkoop en Facilitaire Zaken Roel Wouterse van Van Tilburg Bastianen (TB) gaan sinds die cursus ver, heel ver. Een greep. In 2014 ging TB over op ledverlichting, ook de terreinverlichting en vluchtwegaanduidingen. Op het dak van de Mobility Campus in Breda en ook in Roosendaal en Tiel werden zonnepanelen gelegd, er werden slimme meters opgehangen, ventilatiesystemen aangebracht, en het aantal printers en servers teruggebracht.
De slimme electriciteitsmeters, op het kwartier nauwkeurig, gebruikt Wouterse om nog preciezer te investeren en kosten te besparen. Zo van, “als we die reclamezuil daar aan de doorgaande weg het komend uur uitzetten, wat besparen we dan?”, schetst Wouterse. Op de meter kunnen ze het meteen zien, op het kwartier nauwkeurig. En als ze ontdekken dat dat nogal wat scheelt, komen de maatregelen er snel achteraan. “Nu zetten we ’s nachts de verlichting van de reclamezuilen uit. Er rijdt toch bijna niemand langs. Dat bespaart ze op de komma nauwkeurig per jaar 5.072,04 kWh. Omgerekend naar euro’s is dat € 456,48 per jaar,” aldus Wouterse.
Commitment en alert blijven
De hoofdreden voor die passie voor duurzaam, of eigenlijk zijn het er twee, zijn winst en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Als het geen geld oplevert, dan investeren ze niet. En ondernemen met een lange termijnvisie, omdat dat goed is voor het milieu, de omgeving, én de werknemers, dat zit in de genen. Goed punt, hoe zit dat eigenlijk met het personeel?
Ging de knop ook daar om? Het vergt wel wat inspanning van iedereen en commitment, geven de twee toe. “We moeten mensen alert houden,” zegt Wouterse. En dus plaatsten de twee de afvalspreidingsbakken op verschillende plekken in de werkplaats. Hoeven de monteurs minder ver te lopen. Ze organiseren regelmatig informatiebijeenkomsten, om het personeel te laten zien wat hun medewerking zoal oplevert, of om ze te vertellen over de milieunorm die ze hebben gehaald. En ook deelden ze ledlamp uit aan het personeel. Als iedereen thuis één gloeilamp zou vervangen voor deze ledlamp, zou het personeel met elkaar één huishouden aan energieverbruik besparen per jaar. Het zit hem in de kleine dingen, weten de twee.
Tot slot, die showroom. Vol met blinkende auto’s. Wringt dat niet? Ze snappen de vraag. En nee, het wringt niet. Boerefijn: “Het is ons product. Al sinds 1934.” Liever geven ze hun klant voorlichting en advies over groene mobiliteit. Voor de ene klant betekent dat overstappen naar een elektrische auto, voor de ander advies in zuiniger rijden, of een andere set banden die minder brandstof verbruikt. Maar een auto uitkiezen zonder stil te staan bij groen en CO2 moet ook kunnen, vinden de twee. Wouterse: “De één is er eerder aan toe dan de ander. Maar uiteindelijk volgen we allemaal.”
Breda is een autostad. De meeste staan vooral stil.
Er rijden wel twintigduizend auto’s rond in de stad, als tweede auto. Of beter gezegd, ze staan stil. Want die tweede auto wordt per dag gemiddeld maar een kwartiertje gebruikt, weet Johan Janse van Buurauto. Als je die zou vervangen door een auto te delen met een paar buren, win je dus heel veel ruimte, is zijn gedachte. “Hoe mooi zou het zijn als we de parkeerplaatsen zouden gebruiken voor planten en bomen?”
Inmiddels rijden er 10 elektrische Buurauto’s in Breda. De droom van Janse is om op elke straathoek van Breda een deelauto te hebben staan. Hij beseft dat veel mensen nog een aantal drempels over moeten. “Een deelauto is niet altijd beschikbaar denken mensen, maar als je kijkt naar het minimale gebruik van de tweede auto, klopt die gedachte niet.” Ook de kosten van een buurauto hoeven volgens Janse geen drempel te zijn. “De wegenbelasting, verzekering, keuringen en beurten zitten in de kilometerprijs van een buurauto. Daardoor lijkt het duurder, maar dat is het niet.” “Bovendien, omdat je de auto met mensen uit je buurt deelt, zie je dat de onderlinge band versterkt. We brengen mensen dichter bij elkaar.”
