Voordelen van een groene tuin
Veel groen in de stad zorgt voor een prettige en leefbare woonomgeving. Planten en bloemen in de tuin brengen de natuur dichtbij en trekken vlinders en vogels aan. Het maakt ook dat regenwater beter wordt vastgehouden, dat de directe woonomgeving minder opwarmt en dat de luchtkwaliteit verbetert. In Lelystad is dan ook veel aandacht voor een groene stad. Lelystad heeft per inwoner het meeste groen in de directe woonomgeving van alle Nederlandse steden.
Als bewoner van een huis met een tuin kun je veel doen om je woonomgeving groener te maken. Een groene tuin zorgt voor een gezondere lucht, en kan een rustpunt zijn in het drukke bestaan. Het brengt de natuur dichterbij.
Tips om zelf aan de slag te gaan
Wat voor tuin je hebt maakt niet uit: elke bestaande of nieuwe tuin kan aangepast worden zodat de natuur zich thuis voelt. Dat geldt ook voor een dakterras of buurttuin.
Tip 1: Tegels eruit
Probeer de tuin zoveel mogelijk te ontharden door tegels te vervangen door groen. Bijvoorbeeld met een geveltuintje voor het huis of een perkje in de achtertuin. Groen in de tuin trekt vogels en vlinders aan. Een eigen parkeerplaats kan met een andere ondergrond of ruimte tussen de tegels ook (meer) regenwater opvangen.
Tip 2: Vang regenwater op
Regenwater kun je in een groene tuin goed gebruiken. Je kunt zelf regenwater opvangen, bijvoorbeeld in een regenton. Het water uit de regenton kun je gebruiken om je tuin water te geven, dat scheelt weer drinkwater. Je kunt het regenwater ook langzaam in de bodem laten wegzakken, bijvoorbeeld met een grindbed.
Tip 3: Ga moestuinieren
Al op een vierkante meter kun je moestuinieren. Je eigen eten verbouwen, zodat je weet wat je eet. In het tuincentrum en op internet zijn tips te vinden om een moestuin te beginnen en te onderhouden.
In Lelystad zijn volkstuinen en buurtmoestuinen te vinden waar je tips en stekjes kunt vragen of kopen. Het is ook leuk om samen met de kinderen een moestuintje aan te leggen. In een grotere moestuin kun je kiezen voor fruitbomen of fruitstruiken.
Tip 4: Kies makkelijke planten
Bodembedekkers zijn ideaal voor een groene, onderhoudsvriendelijke tuin. Onkruid heeft hierdoor minder kans. Kies voor vaste planten in plaats van éénjarigen. Je hoeft niet elk jaar nieuwe plantjes te planten en de bodem droogt minder snel uit. Een groene haag is een slimme oplossing in plaats van een schutting. Bomen in je tuin zorgen voor schaduw én privacy en door het ruisen van de bladeren en andere natuurgeluiden heb je minder last van storende omgevingsgeluiden.
Worden planten of struiken te groot, of ben je uitgekeken op een struik, breng dan eens een bezoekje aan de Ruiltuin in het Bultpark. Je neemt een struik mee en ruilt die voor een andere variant. Kijk voor meer informatie over de ruiltuin op: www.wijkradenlelystad.nl
Tip 5: Trek dieren naar je tuin
Of het nu gaat om een kleine of grote tuin, of misschien een balkon, overal is het mogelijk meer dieren aan te trekken. Koop of maak bijvoorbeeld vogelhuisjes, vleermuis- of vlinderkasten of bijen- en insectenhotels. Vooral in het najaar en in de winter is het goed om op een paar plekken bladafval en afgestorven plantenresten te laten liggen. Insecten, vlinders en egels halen hier nog de hele winter voedsel uit of kiezen het als plekje voor hun winterslaap.
Tegel eruit, plant erin
Ook als je geen tuin hebt, kun je de directe omgeving van je woning groener maken. Maak bijvoorbeeld een geveltuintje door een tegel langs het huis er uit te halen, wat plantaarde er in te doen en een plant of struik er in te zetten. Alle kleine beetjes helpen om bij te dragen aan een prettige leefomgeving. Kleine tip: wel pas doen als de vorst uit de grond is.
Meer inspiratie
De gemeente Lelystad is aangesloten bij Operatie Steenbreek. Operatie Steenbreek heeft tot doel om mensen enthousiast te maken om hun woonomgeving groener te maken. Kijk voor meer inspiratie en tips op:
www.ivn.nl/steenbreek,
www.facebook.com/operatiesteenbreek
www.knnv.nl/lelystad
Een veilig huis vermindert de kans op inbraak
U wilt niet dat iemand inbreekt in uw huis en belangrijke of dure spullen meeneemt. U kunt er zelf met verschillende maatregelen voor zorgen dat inbreken in uw woning niet makkelijk is.
Een inbraak voorkomen?
Inbrekers kijken niet naar hóe u woont, maar hoe makkelijk ze binnen kunnen komen. Wist u bijvoorbeeld dat:
- Een gemiddelde inbraak 30 seconden duurt.
- Maar 1 procent van alle inbraken gaat met het breken van een ruit.
- Negen van de tien inbraken vallen onder het begrip: ‘gelegenheidsinbraak.’ Dit is een inbreker die zich laat leiden door een gelegenheid, zoals een open raam. Sluit daarom altijd alle ramen en deuren, ook al gaat u maar even weg!
Handige tips
- Doe de voor- en achterdeur altijd op slot. Een deur die alleen op de knip staat, is met een creditcard of hard stuk plastic makkelijk open te maken.
- Laat geen sleutels aan de binnenzijde van het slot zitten. Een inbreker kan een raam inslaan en zo de deur openen of binnenkomen
- Leg dure en belangrijke spullen uit het zicht. Dit geldt ook voor sleutels.
- Heeft u een achterom? Doe de poort ook goed op slot en zorg voor verlichting in de tuin.
- Gebruik goedgekeurde sloten op ramen en deuren. Een schuifpui is inbraakgevoelig. Breng hiervoor een speciaal geschikt slot aan.
- Plaats een anti-inbraakstrip bij de voor- en achterdeur.
- Zorg voor een goede buitenverlichting, bijvoorbeeld met een bewegingsmelder.
- Laat een lamp aan in uw huis, zodat het lijkt of er iemand thuis is.
- Laat geen ladders of minicontainers bij uw huis staan die het makkelijk maken om naar binnen te klimmen.
- Zorg ervoor dat u meteen ziet wie er voor de deur staat. Bijvoorbeeld met een deurspion.
- Heeft u struiken rondom huis? Snoei deze kort, zodat buren en voorbijgangers uw huis goed zien.
- Verstop geen huissleutels onder een deurmat of in een bloempot. Dit zijn voor inbrekers geen ‘geheime’ plaatsen.
Bel altijd 112 bij een verdachte situatie. U kent uw eigen buurt het beste.
