Hoe werkt een Uitslagberekening?
‘Nooit meer fouten’

 

Er is in het verleden vaak wat fout gegaan bij het vaststellen van de uitslagen, en dat moest dan na de prijsuitreiking weer worden rechtgezet. Dat is vervelend, en we doen er alles aan om dat nooit meer nodig te laten zijn.

De oorzaak is de ingewikkelde berekening en het vele meten dat daarvoor nodig is. Het is niet mogelijk om de snelste sloep tot winnaar uit te roepen omdat de sloepen nogal verschillen. Dat zou alleen op te lossen zijn als er eenheidseisen worden gesteld aan vorm en gewicht en dat gaan we niet doen. In plaats daarvan werken we met een handicapsysteem waarmee wordt uitgerekend welk vermogen per roeier nodig is om de gerealiseerde gemiddelde snelheid te bereiken. Wat komt daar bij kijken? Het vermogen wordt berekend uit de gemiddelde snelheid (tot de derde macht) en de weerstandswaarde van de sloep. Die weerstand (Cw) is ook nog afhankelijk van de snelheid volgens een kromme die tijdens een sleepproef is vastgesteld. De gemiddelde snelheid wordt berekend uit de roeitijd en de afstand. Fouten die kunnen optreden zijn bijvoorbeeld dat per ongeluk de verkeerde constanten voor een sloep worden gebruikt of dat de afstand niet goed is ingemeten of dat de klokken bij start en finish niet gelijk lopen. Dit wordt dus allemaal uitgebreid gecontroleerd. Er worden ook alternatieve metingen gedaan zoals het filmen van de finish en sinds kort wordt van aan aantal sloepen de GPS-track opgevraagd voor de daadwerkelijk afgelegde afstand.

Bij een wedstrijd op stromend water moet er nog veel meer gemeten worden. In de eerste plaats omdat de geroeide afstand moet worden berekend ten opzichte van het water om een eerlijke vermogensberekening te maken. Het ondervonden stromingsvoordeel wordt van de afstand over de bodem afgetrokken. Maar minstens zo belangrijk op getijdenwater is dat die stroming in de loop van tijd verandert en sloepen die later starten daardoor meer of minder stroming kunnen ondervinden dan sloepen die eerder starten. De stroming is op de HT niet in één keer vast te stellen, de stroming varieert per traject. Daarom wordt het parcours in rakken opgedeeld. In elk rak wordt de stroming vastgesteld voor elke sloep wanneer deze daar roeit. Dat gebeurt door de stroming bij het begin en eind of in het midden van elk rak te meten en ook de tussentijden bij elke rakscheiding op te nemen. Vorig jaar bleek dat de positie waar werd gemeten toch niet helemaal klopte met de afstanden tussen de meetpunten. Er kan ook iets mis gaan met de stroommetingen (of het opslaan van de metingen door de computer) of met de tijdwaarneming (op de Vliestroom is een sloep wel eens erg ver weg van het meetschip en als het dan nevelig is wordt het helemaal lastig waarnemen).

Er zijn wel diverse trucs om te controleren of er geen vergissingen zijn gemaakt. Zo wordt ook het vermogen in elk rak afzonderlijk berekend en dat moet voor iedere sloep natuurlijk wel ongeveer hetzelfde zijn in elk rak. Sommige rakken zijn lastiger te roeien dus daar moet voor alle sloepen ook minder vermogen uit de berekening komen, alles in verhouding. Van de stroommetingen worden grafieken gemaakt om onverklaarbare schommelingen, ruis en missers op te sporen, en te corrigeren indien nodig. En dan is er nog de vergelijking met eerdere prestaties. Een onverwachte plaatsing kan het gevolg zijn van een meet- of berekeningsfout, maar een sloep kan natuurlijk ook ineens beter presteren dan ooit tevoren of onderweg pech hebben gehad. De berekeningen gebeurden tot voor kort met een Excel-spreadsheet. Daar kon ook van alles mee misgaan zonder dat iemand dat merkte. Met de introductie van nieuwe software worden de meeste vergissingen direct vermeden of worden automatisch gecontroleerd. Het verzamelen van de data en de basiscontroles gaan daardoor veel sneller en zekerder. Daardoor blijft veel meer tijd over om de metingen en berekeningen nog eens heel kritisch na te gaan. Er zijn ook extra hulpmiddelen ingebouwd om sneller op het spoor te komen van vergissingen en meetfouten. En er worden nog meer controlemetingen uitgevoerd (zo worden vanaf 2017 met de opgevraagde GPS-tracks ook de lengten van de rakken gecontroleerd). Hoewel we niet helemaal kunnen uitsluiten dat er nog iets fout gaat is de kans op echt grote fouten vrijwel nihil geworden. De laatste controle vindt echter altijd pas na de prijsuitreiking plaats, als nog eens honderden extra controleurs (de roeiers) hun eigen tijdwaarnemingen erbij betrekken. Misschien dat we dan toch nog iets individueel recht moeten zetten, en die ruimte zal er altijd blijven, maar hopelijk niet meer nodig zijn.

1990

Voor het eerst is de magische grens van 100 deelnemende sloepen overschreden. Van de 101 teams moesten 30 de strijd voortijdig staken door de harde Noordwestenwind. In deze 16e editie van de Roeirace moest ook nog een langere afstand worden afgelegd. Omdat het oud schuitengat (nu schuitengat-zuid) nauwelijks meer bevaarbaar was, moest de route worden verlegd naar het nieuwe schuitengat (voorheen schuitengat-noord). In vergelijking met voorgaande jaren zou het zo’n half uur roeien meer zijn, maar met windkracht 6 bleek dat nogal optimistisch gedacht. De zwaarste en langste toch tot nu toe.

1991

120 Sloepen starten voor het eerst vanuit De Willemshaven in Harlingen. Voorheen moesten de starts namelijk nog al eens worden onderbroken om het normale scheepvaartverkeer ruimte te geven. Het weer was lekker: de zon scheen en er stond een zacht briesje vanuit het noordoosten. De start verliep geheel volgens schema, om tien uur waren alle roeiers onderweg. De snelste oversteek werd gemaakt door de roeiploeg Urk. In de Moby Dick II, in 3 uur, 2 minuten en 46 seconden. Deze ploeg was ook de uiteindelijke winnaar van de HT-Roeibokaal. Pal van Deelen van de gemeentelijke roeiploeg Terschelling, roeide de tocht voor de vijftiende keer!

2010

Een geweldige HT: schitterend weer, wind NNW3, stralende zon, 16 graden én iedereen roeide de race uit. De Secretaris Schumacher startte, buiten mededinging, 5 minuten voor de rest om het goede werk van de KNRM te promoten. Ze kwamen 10 minuten voor het hele veld aan! Als 1e van het officiële veld finishte de Azorean High, de laatst gestarte sloep. Ondanks het mooie weer waren er geen recordtijden. Veel roeiers waren eigenlijk te warm gekleed en gaven te veel omdat ze dachten dat het een makkelijke race zou worden. De Sagitta-zeilrace was enerverend en de prijsuitreiking en het knalfeest sloten een subliem weekend af.

2016

Heel vroeg dit jaar, op vrijdag 6 mei, vond de 42e HT-roeirace plaats. Onder tropische omstandigheden én met een recordaantal deelnemers: maar liefst 135 sloepen roeiden van de haven van Harlingen naar de haven van Terschelling. Voor de start kregen roeiers nogmaals advies zich goed in te smeren en veel te drinken, in verband met de hoge temperaturen en felle zon. Bij het Schuitengat was het een groot spektakel: alle teams kwamen er samen, wat een prachtig gezicht opleverde. In een grote kolonne roeiden ze richting de finish in de haven van Terschelling, alle sloepen hebben de finish gehaald.

Nieuw dit jaar is dat de werkelijke starttijd pas in gaat als het groene havenhoofd van de haven van Harlingen gepasseerd is en de sloep de Waddenzee op vaart. Dit is ingevoerd om zodoende geen voordeel te geven op welke positie je start in de Nieuwe Willemshaven.



43e Harlingen-Terschelling Sloeproeirace
_BT Clear